Goede voornemens. Ondanks dat ik mijzelf nog nooit goede voornemens heb opgelegd, ben ik er onlangs mee begonnen. Niet ouderwets op 1 januari maar heel hip gewoon midden in het jaar. Om de uitdaging enigszins overzichtelijk te houden, heb ik slechts één goed voornemen. Geen impulsaankopen meer! En dan met name tijdens het boodschappen doen.
Vanwege mijn zeer beperkte planningshorizon ben ik genoodzaakt iedere dag boodschappen te doen. In principe is dit heel overzichtelijk, ik hoef immers slechts dingen te kopen die ik tot aan het volgende boodschapmoment nodig denk te hebben. En hier gaat het fout… dingen die ik nodig DENK te hebben. Dit strookt zelden tot nooit met de werkelijkheid.
Neem nu een dag zoals gisteren. Een doodnormale dag. Het boodschappenlijstje was ook simpel; lasagne, pindakaas met nootjes, keukenpapier en tortilla wraps. Met een duidelijk doel voor ogen liep ik vol zelfvertrouwen de supermarkt binnen. Wat hierna is gebeurt weet ik niet meer precies. Het laatste dat ik me kan herinneren is dat ik thuis ben gekomen met bananen, muffins, kaas, bitterkoekjes seizoensvla, een zak chips, pindakaas met nootjes, broodjes bapao, karnemelk, een reep chocola met hazelnoten, een pond Engelse drop, tandenborstels, witte bonen in tomatensaus, tortilla wraps, appelmoes en markeerstiften.
Na een uitvoerige analyse achteraf kom ik tot een aantal conclusies;
- Ik ben zo gestructureerd als een pak dubbelvla nadat je geschud hebt;
- Lijstjes zijn er om van af te wijken;
- De lokkertjes bij de kassa doen hun werk prima;
- Ik moet nog een keer naar de winkel voor keukenpapier.
Volgende keer weer een poging.